Blog
Creativiteit en eigenheid van het kind mag er zijn!
Huidskleur-kleur mengen
“Hihi juf u bent heel wit! Dan heb je alleen witte verf nodig.” Kunstleerkracht Gerjanne had een gesprek met kinderen over huidskleur. Kinderen hielden spontaan hun armen bij elkaar om de kleuren te vergelijken. De kinderen ontdekten dat niet alle donkere kinderen zijn even donker zijn en Aziatische kinderen hebben weer een andere kleur. Gerjanne zelf is heel licht en dat vonden de kinderen heel grappig. Vervolgens keken ze naar schilderijen met mensen met verschillende huidskleuren. Hoe schilder je dat dan? Kinderen experimenteerden met het mengen van verf. Steeds vergeleken ze de verf met hun eigen huid. Moest er een beetje meer rood bij? Of juist een beetje meer blauw en geel? Kinderen ontdekten dat rood, geel en blauw samen bruin wordt.
De kunstleerkracht en de kinderen keken naar verschillen, zonder hierover een oordeel te geven. Onbewust kregen kinderen de boodschap mee dat hun kleur er mag zijn.
Ruimte geven aan eigenheid van kind
In een eerder blog heb je al kennis kunnen maken met de kunstlessen van Gerjanne van Zuilen. Zij is kunstleerkracht op een basisschool in de Schilderswijk van Den Haag. Ze geeft kunstlessen in een cultureel diverse kleuterklas. De kunstlessen zijn altijd passend bij het thema. In haar lessen geeft zij kinderen de ruimte om te experimenteren met het materiaal en iets te maken wat zij zelf hebben bedacht. Het is belangrijk om ruimte te geven aan de creativiteit van kinderen. Dat zij de ruimte krijgen tijdens het knutselen en schilderen om zelf te bedenken wat zij mooi vinden, oplossingen te zoeken en te experimenteren. Hierdoor bouwen kinderen aan de creatieve hersenen en het geeft hen een gevoel voor autonomie en zelfvertrouwen. Wat Gerjanne in deze kunstles doet gaat nog een stapje verder. Zij viert de eigenheid van de kinderen. En dat is niet alleen inspirerend voor de kinderen, maar ook voor ons!
Huidskleur-kleur? Geen kleur is hetzelfde
Hoe komt kunstjuf Gerjanne toch op het idee van huidskleur mengen? Ze had zich verwonderd over de verf en kleurpotloden waar altijd rood, geel, blauw, groen en… huidskleur in zit! De huidskleur-kleur is een soort van zalmroze, maar eigenlijk is niemand precies die kleur. Gerjanne vond het vreemd dat die kleur huidskleur wordt genoemd. Er zijn toch heel veel huidskleuren? Waarom zou dat de standaard zijn? Het was voor haar de aanleiding om met de kinderen te kijken naar hoe je je eigen huidskleur-kleur mengt.
Geen uniform werkjes
Iedereen zal beamen: ieder kind is uniek. En ieder kind mag zijn wie hij/zij is. Maar als er dan gevraagd wordt hoe dat in het aanbod tot uiting komt, moeten we daar even over nadenken. Of we kinderen de ruimte geven om te zijn wie ze zijn, zit verborgen in onze uitspraken, reacties en ons handelen. De verborgen boodschap, waar we ons soms helemaal niet bewust van zijn. Bijvoorbeeld: Misschien heb je het wel eens gezien: van die knutselwerkjes die allemaal hetzelfde zijn. Nagemaakt van een voorbeeld dat de pedagogisch medewerker of leerkracht heeft gemaakt. Soms ook nog voorgeknipt. Wat leren kinderen hiervan? Misschien is het een motorische handeling wat zij hebben geoefend, maar wat is de boodschap wat de kinderen meekrijgen? Dat iedereen hetzelfde moet doen (en zijn) als het voorbeeld.
Ja maar hoe?
De creatieve opdracht van Gerjanne met het mengen van verf is wel een héél mooi voorbeeld. Maar het is nog niet makkelijk om zo’n opdracht zelf te bedenken. In het vorige blog werden veel tips gegeven over hoe je meer ruimte geeft aan de creativiteit van kinderen. Maar hoe geef je meer ruimte geeft aan creativiteit én eigenheid van kinderen? Een tip hierbij is om in de creatieve opdracht iets persoonlijks van de kinderen als uitgangspunt te nemen. Bijvoorbeeld: Wat is jouw lievelingseten? Hoe ziet jouw familie eruit? Als je een fantasiedier zou kunnen zijn, hoe zou dat dier er dan uitzien? Waar ben jij trots op?
Uitleg aan ouders
Een veel gehoord argument is dat ouders verwachten dat er ‘mooie’ knutsels worden geproduceerd. Hierbij is het belangrijk om een beetje uitleg te geven aan ouders waarom de werkjes niet meer zijn zoals zij verwachten. Leg aan de ouders uit dat het kind lekker heeft geëxperimenteerd en veel plezier had. Sommige leerkrachten en leidsters maken een foto van het kind terwijl het zo geconcentreerd bezig is of schrijven de uitspraken van de kinderen op. “Het is een waterauto. Broem splesh!”
In plaats van uniforme werkjes, vier de verschillen!
Wat vinden kinderen?
Wat vinden kinderen van verschillende huidskleuren? Zien kinderen zichzelf of elkaar als anders? Uit het onderzoek van Christel Eijkholt blijkt dat jonge kinderen geen onderscheid maken in culturele diversiteit of huidskleur. De kinderen in de klas zijn gewoon allemaal kinderen. De één heeft krullen, de ander heeft sproeten, de één wipneusje, de ander heeft Aziatische ogen, één heeft een donkere huidskleur, een ander kind is klein, de ander weer lang, één is allergisch voor melk, de ander eet geen varkensvlees. Kinderen zien heel veel verschillen en overeenkomsten. Zij waarderen het een niet meer dan het ander. Iedereen is gewoon anders [1].
Christel Eijkholt: “Uit mijn casestudy naar een diverse praktijk/wijk blijkt dat jonge kinderen van 3 tot 4 jaar – wanneer je ze open over diversiteit bevraagt – geen verschillen aangeven die te maken hebben met culturele diversiteit (of huidskleur).”
Vier de verschillen
Kinderen zijn op veel verschillende manieren anders, want ieder kind is uniek. Het ene kind voelt zich anders omdat hij het enige kind is dat een donkere huidskleur heeft. Maar ook een stoer creatief meisje, kan zich ook anders voelen omdat zij zich niet kan herkennen in de Disney prinsessen waar de rest fan van is. In het spel, in de kring en tijdens eetmomenten zijn er momenten waarop verschillen ter sprake komen. Ga hierover in gesprek en ontken de verschillen niet! Juist door te benadrukken dat kinderen niet anders zijn, kunnen kinderen zich onzeker voelen. Want een kind kan zich wel anders voelen. We willen kinderen juist de boodschap geven dat ze mogen zijn wie ze zijn! En dat iedereen uniek is. Verschillen zijn er en dat is juist prachtig! Als we kinderen erkennen in hun eigenheid, leren zij zichzelf waarderen voor wie ze zijn. Door het vieren van verschillen, laten we kinderen zien dat iedereen erbij hoort en er mag zijn. Dit heeft een effect op de houding van kinderen tegenover verschillen. Zij zijn meer accepterend over verschillen en pestgedrag verminderd [2]. De kunstles van Gerjanne van Zuilen laat ons zien hoe wij als leerkrachten en pedagogisch medewerkers hieraan aan kunnen bijdragen.
Tips:
- Grijp vragen en opmerkingen van kinderen aan om in gesprek te gaan over verschillen
- Vergelijk en leg uit zonder waardeoordeel
- Geef ruimte aan eigenheid tijdens knutselen, tekenen en schilderen.
- Neem iets persoonlijks van kinderen als aanleiding voor de creatieve opdracht
- Leg aan ouders uit dat je graag de creativiteit van de kinderen de ruimte wilt geven. Vertel hoe het kind het heeft beleeft. Had het kind plezier? Heeft hij lekker geëxperimenteerd?
(Huids)Kleur bekennen: Gerjanne vertelt
Ik heb de huidskleurles gegeven in een serie lessen over portretten. De kinderen keken naar portretten waarin kunstenaars hebben geëxperimenteerd met kleur. We praatten over het gevoel dat je erbij krijgt. Het viel me op dat de kleuters heel snel zagen hoe de geportretteerde zich zou voelen (eenzaam, verdrietig, geschrokken, verveeld, ziek).
Deze portretten waren ook aanleiding om in gesprek te gaan over huidskleur. En je eigen kleur verandert ook steeds. Kinderen dachten na over wanneer dat gebeurt en welke kleur je dan krijgt. De kinderen concludeerden dat je wit of groen wordt als je ziek bent, rood als je boos bent of koorts hebt of een wedstrijd hebt gevoetbald en dat je bruiner wordt door de zon. Door deze gesprekken dachten kinderen meer na over hoe hun huidskleur eruit ziet. Dat hielp bij het kleuren mengen en bij bepalen wanneer de kleur goed is. In deze les hielpen de gesprekken bij het kijken naar kleur en het mengen van kleur. Maar soms is het ook fijn om meer te werken vanuit je materiaal. ‘Go with the flow’ is essentieel voor het maken van kunst.
Ik heb samen met kinderen eerst een soort mengdemonstratie gegeven: meer wit maakt lichter, meer bruin wordt donkerder. En dan steeds kinderen gevraagd wat ik er bij moest doen. Ik heb ze wel bruine verf gegeven. Ook als je een donkere huidskleur hebt, moet je toch mengen om de juiste kleur te krijgen. Het was een fijn startpunt.
Het mooiste moment vond ik toen de kinderen de verfmengsels gingen vergelijken met hun eigen kleur en met de kleur van een ander kind. Kinderen hebben elkaar geholpen met mengen. Ze vertelden welke kleuren ze gebruikt hadden of wisselend paletten uit “Ali! Ik heb jouw kleur gemaakt! Met bruin en wit en rood!” Niemand heeft precies dezelfde kleur. Iedereen is uniek en iedereen heeft overeenkomsten. Ik merkte dat ieder kind zichzelf bijzonder vond. De les lijkt me dus ook heel geschikt voor een klas waarin iedereen dezelfde afkomst heeft.
Wat heb ik gebruikt:
- goede kwaliteit plakkaatverf,
- stevig A3 papier,
- stevige penselen in kattentong vorm.
Bronnen
[1] Eijkholt, C. (in progress). Rights-based participatory pedagogy for democratic citizenship of young children. Universiteit Utrecht of Utrecht University
[2] Van Keulen, A. & Singer, E. (2017). Samen verschillend. Bohn Stafleu van Loghum
Positioning statement van de nationale vereniging voor kinderopvang (NAEYC)
Uitgangspunten van het DECET – Diversity in Early Childhood Education and Care